Billeder på siden
PDF
ePub

IV.

Het schrikbewind in Ierland.

nen

[blocks in formation]

-

Wolfe

De Ieren zien naar Fransche hulp uit. Tone te Parijs. Zending van Lord Edward FitzGerald en Arthur O'Connor naar het Vasteland. verrader Turner.

- De

Jord FITZWILLIAM's vertrek en zijne vervanging door Lord CAMDEN (1)

[ocr errors]

een blind werktuig in de handen der Ascendency-manwas het sein van eene razende vervolging hoofdzakelijk tegen de Katholieken, maar tevens ook tegen alle vrijzinnige Protestanten en inzonderheid tegen de Vereenigde Ieren gericht.

In het graafschap Armagh en in de naburige streek werd het uitmoorden en uitdrijven der ongelukkige Katholieke landbouwers ijveriger dan ooit voortgezet, terwijl de Regeering, verre van de slachtoffers te beschermen, uit al hare macht hunne verdrukkers begunstigde en beschutte: magistraten, officieren en Protestantsche geestelijken stonden aan het hoofd der Oranjebonden en waren de eersten om wet en recht met de voeten te treden. Ja, het onmensch, dat destijds over de koninklijke troepen in Ierland het opperbevel voerde, Lord CARHAMPTON, vond een nieuw middel uit om de Papisten uit te roeien: hij liet de uit huis en have gejaagde boeren bij duizenden als deserteurs en vagebonden aanhouden, inschepen en tegen

(1) JOHN JEFFREYS PRATT, Graaf (later Markies) CAMDEN, gebo ren in 1759 en overleden in 1840.

wil en en dank als soldaten of matrozen inlijven. Intusschen mochten hunne vrouwen en kinderen van honger sterven. Dat noemde Lord CARHAMPTON, die zich bijwijlen geestig toonde, vigour beyond the law. Inderdaad.

Toen het Parlement den 21 Januari 1796 vergaderde, werd de zaak door de Regeering zelve te berde gebracht. Zij klaagde dat erge wanordelijkheden in talrijke graafschappen waaronder, zonderling genoeg, Armagh niet vermeld werd - plaats grepen en dat het noodig was bij dringendheid. doortastende maatregelen te nemen om.... de Protestantsche wolven tegen de Katholieke lammeren te beschermen. Van de moorden, plunderingen, brandstichtingen en andere geweldenarijen door de Peep o' Day Boys en Oranjemannen dagelijks begaan, werd er geen woord gerept, maar in treffende bewoordingen de wraak van Hemel en Aarde tegen de ellendige Defenders ingeroepen, die zoo stout waren zich te verdedigen in stede van zich gedwee te laten afmaken.

De aangekondigde maatregelen waren in twee wetten besloten. De eerste, de Insurrection Act, bedreigde met den dood al wie onwettige eeden aflegde of ontving. Dit scheen ook tegen de Oranjebonden gericht; maar schijn bedriegt: de Protestantsche bandieten wisten zeer goed dat men hen bij voortduring met vrede zou laten, ja naar vermogen helpen, terwijl men de Defenders en nog veel meer de Vereenigde leren ten strengste zou vervolgen. Verder werden alle magistraten met schier onbeperkt dictatoriaal gezag bekleed zij mochten wien zij goedvonden aanhouden en voor eenen onbepaalden. tijd preventief achter de grendels zetten (1); zij moch

(1) De aldus gevangen genomen personen, verre van hen voor den bevoegden rechter te brengen, moest men zelfs niet ondervragen noch hen met de reden hunner aanhouding bekend maken.

ten alle vagebonden en personen zonder zichtbare middelen van bestaan >> dus alle door de Oranje

[ocr errors]

mannen uitgedreven landbouwers en werklieden dwingen in het leger of in de marine dienst te nemen ; zij mochten naar willekeur huizen inbreken om naar verborgen wapenen te zoeken; zij mochten eindelijk bladen, welke oproerige artikelen afkondigden, << verbieden en de schrijvers, drukkers en verkoopers zonder eenigen procesvorm als gewone matrozen op 's Konings vloot inschepen. Maar toen de oppositie vroeg om insgelijks degenen te straffen, « die Z. M. 's onderdanen zouden pogen weg te kapen of hen door geweld zouden dwingen hunne landen en woningen te verlaten, werd het voorstel dadelijk, op verzoek der Regeering, verworpen. Zou men immers de brave Oranjisten in hun vaderlandsch werk storen en hen beletten de vervloekte Papisten en de nog verfoeilijkere Iersche Democraten naar verdienste te kastijden en « naar de Hel of naar Connaught » te zenden? Connaught zelf was te goed voor zoo'n ras (1) en de Hel in dit leven door de Britsche vloot en de

[ocr errors]

cat-o'-nine-tails vertegenwoordigd (2) het eenig passend verblijf.

[ocr errors]

(1) Ziehier een staaltje van de geschreven waarschuwingen velen zijn bewaard gebleven –, welke aan de Katholieken werden gezonden om hen op te eischen huis en land te verlaten : Ga naar de Hel; Connaught wil u niet ontvangen vuur en vlam. WILL TRESHAM (= Klopterop) en JOHN THRUSTOUT (= Smÿtzebuiten). » Het stuk werd op de deur van het huis vastgeplakt en indien er, binnen eenen gegeven tijd, aan de uitnoodiging niet voldaan werd, verscheen de bende en zond de wederspannigen werkelijk << naar de Hel. » Zich bij de politie of het gerecht te beklagen, was nutteloos en zelfs Protestantsche grondeigenaars werden bedreigd en mishandeld totdat zij erin toestemden hunne Katholieke dienstboden of pachters weg te zenden.

(2) De cat-o'-nine-tails of Engelsche knoet is eene zweep met negen riemen, ieder met drie knoopen voorzien en dikwijls nog met ijzerdraad belegd. Tot 1881 in het leger en heden nog in de marine, werden voorna

Die strekking werd trouwens door de tweede wet, de Indemnity Act, duidelijk gemaakt. Dat een aantal magistraten, officieren en andere gezagvoerders de wetten met schaamtelooze driestheid hadden geschonden (vigour beyond the law) was buiten kijf, en men wilde voorkomen dat zij mogelijk later ter verantwoording zouden worden geroepen. Daarom werd hun volle kwijtschelding op voorhand geschonken. Een lid der parlementaire meerderheid, MARCUS BERESFORD, de zoon van den door Lord FITZWILLIAM afgestelden JOHN, achtte het zelfs noodig onder algemeene teekens van instemming te doen opmerken dat het woord delinquency (= misdrijf, overtreding) in de Indemnity Act gebezigd, niet letterlijk mocht worden opgenomen, aangezien de magistraten waarvan sprake eenvoudig hunnen plicht hadden gedaan en dus niets. dan lof verdienden.

Beide wetten evenals het kort daarna voorgesteld opschorsen van het Habeas corpus werden door de leiders der oppositie, GRATTAN, CURRAN, Sir LAURENCE PARSONS (1), Lord EDWARD FITZGERALD en anderen, hardnekkig bestreden. Maar niets mocht baten: de Regeering en de meerderheid

melijk door middel van dat foltertuig orde en tucht gehandhaafd en talrijk zijn de ongelukkigen, die onder de zweep den geest gaven. In 1812 werd het verboden in eens en voor dezelfde overtreding meer dan drie honderd zweepslagen toe te dienen. Vandaag is het maximum 48. De brutale behandeling van soldaten en matrozen door de aristocratische officieren is immers tot in de laatste tijden een bijzonder kenmerk van den Britschen krijgdienst geweest: de mannen waren, vooral in het leger, het uitvaagsel der maatschappij en werden door hunne oversten als redeloos vee beschouwd en gedreven. Eerst onder Koningin VICTORIA's regeering werd de toestand wezenlijk verbeterd, alhoewel officieren en soldaten door eenen muur van ijs van elkander blijven gescheiden.

(1) Sir LAURENCE PARSONS, 5 Baronet, geboren in 1758 Hij volgde zijnen oom in 1807 als Graaf van RoSSE op en stierf in 1841. Zijn zoon WILLIAM Graaf van ROSSE was de beroemde sterrekundige.

waren het eens en de voorstellen werden zonder ver

wijl doorgedreven.

Het bleek nu zonneklaar dat er van het Parlement niets meer te verhopen was de keus lag tusschen slavernij en revolutie en verscheidene voorname Patriotten Lord EDWARD FITZGERALD, ARTHUR O'CONNOR (1), THOMAS ADDIS EMMET (2), Dr. WILLIAM JAMES MAC NEVIN (3), — die zich tot dusver buiten den Ierschen Bond hadden gehouden, traden thans in die maatschappij en namen de hoofdleiding ervan in handen.

In den loop der laatste maanden had de Bond, als geheime vereeniging heringericht, veel veld gewonnen en een groot getal nieuwe leden aangeworven. In Ulster was hij bijzonder sterk en in Leinster begonnen de verdrukte Katholieken, niettegenstaande het verzet der hooge geestelijkheid, met duizenden bij te treden. In Munster en in Connaught, de armste en onbeschaafdste gedeelten van het land, was men nog zoo ver niet gevorderd. De Protestanten aldaar waren niet talrijk, maar zij alleen waren gewapend en in het bezit der openbare macht, zoodat zij de bevolking onder hun ijzeren juk gebukt hielden en alle propaganda zoo goed als onmogelijk maakten.

(1) ARTHUR O'CONNOR (1762-1852) behoorde tot eene voorname familie. Zijn oom was Lord LONGUEVILLE en hijzelf was lid van het Parlement voor Philipstown. Na zijne verbanning trad hij in Franschen dienst en stierf als luitenant-generaal op zijn kasteel te Bignon bij Orleans. Hij was een Protestant.

(2) THOMAS ADDIS EMMET, de zoon van eenen bekenden Dublinschen geneesheer, was ook een Protestant. Hij was advocaat. Later vestigde hij zich te New York waar hij onder de beste leden der balie schitterde. Van hem stamt de echtgenoote af van den moedigen Transvaalschen generaal LOUIS BOTHA.

(3) Dr. MAC NEVIN behoorde tot de R. K. Kerk. Hij was van Galway afkomstig en had zijne opleiding in het buitenland ontvangen.

« ForrigeFortsæt »