Het Nieuwe Testament, of alle boeken des nieuwen verbonds Onzes Heeren Jezus Christus: door last van de hoog-mog. Heeren Staten-Generaal der Vereenigde Nederlanden, en volgens het besluit van de Nationale Synode gehouden te Dordrecht in de jaren 1618 en 1619, uit de oorspronkelijke Grieksche taal in onze Nederlandsche getrouwelijk overgezet, benevens de Psalmen en al de Formulieren van Eenheid en de liturgische schriften der Nederl. Geref. kerken, Bind 1Nierstra, 1889 - 1271 sider |
Andre udgaver - Se alle
Almindelige termer og sætninger
11 Want alzoo antwoor Apostelen besnijdenis broeders chaam Christus Jezus degenen dende dewelke dezelve dien dienstknecht dingen discipelen dooden eenige eeuwige Engel Evangelie Farizeën Filippus Galiléa Geest gekomen gelijk geloof geloofd genade gende geschied gij hebt gij zijt gij zult gijlieden ging Gods goed hart hebbende hebt gij heerlijkheid heid Heidenen heiligen Heiligen Geest hemel Heródes hetgeen hetwelk hetzelve HOOFDSTUK hoorde huis hunne iegelijk iemand indien gij Israëls Jeruzalem Jezus antwoordde Jezus Christus Jezus zeide Joden Johannes Judéa Koning Koningrijk kwam liefde ligchaam lijk magt maken menschen Mozes offerande onzen Heere opdat gij Paulus Petrus Profeten regt regtvaardig Sabbat schare stad stem Synagoge Tempel terstond ulieden uwen Vader vleesch volk voorhuid Voorwaar vrouw want gij wederom wereld woord zalig zeggende zegt zeide tot hen zelven ziende zijnde zijt gij zonden Zoon zouden zullen zult gij